Tocht van 1940
Meer dan 3.000 deelnemers, maar 152 doorzetters halen de finish
De Elfstedentocht in 1940 groeide uit naar duizenden schaatsers. Zeer lage temperaturen en een harde oostenwind weerhield de deelnemers niet om te starten. Vanuit de Harmonie en De Beurs liepen de deelnemers eerst 4 kilometer naar de start op De Zwette. Het ijs op de stadsgrachten was te zwak.
De wedstrijd
Zonder problemen bereikten de meeste schaatsers Stavoren. In Sneek had de brandweercommandant de straat onder water gezet waardoor je niet hoefde te klunen en schaatsend verder kon. Kopgroep Jongert, Van der Duim, Westra, Keyzer, Adema en Geveke bereikten als eerste Stavoren. Jongert kreeg de eerste stempel. Vanaf Stavoren had de kopgroep de wind vol in het gezicht, terwijl het nog 15 graden vroor. Tot aan Tjerkwerd bleef deze kopgroep de wedstrijd beheersen. In Franeker was de kopgroep uitgedund tot een vijftal: Adema, Van der Duim, Jongert, Keyzer en Westra. Adema won de sprint naar de controle. De kopgroep werd met het Fries Volkslied ontvangen.
Meteen na Franeker werd het schaatsen bijna onmogelijk door de dikke laag sneeuw op het ijs. De barre kou, de sneeuw en harde wind maakten het een ware martelgang door de hel van het noorden. Vele schaatsers zouden Dokkum die dag niet bereiken. In herberg Drost aan de Dokkumer Vleesmarkt warmden de kopgroep van vijf zich weer op. Nadat ze weer een beetje opgewarmd waren stelde Jongert voor om met z’n vijven over de eindstreep te gaan. In 1933 werden ook twee winnaars uitgeroepen, dus dat zou geen probleem moeten zijn. Door het barre weer en de stuifsneeuw was de baan na Bartlehiem te smal geworden voor een echte wedstrijd. Na enige tegenzin werd met een handenklap de afspraak beklonken. Het pact van Dokkum werd geboren.
In Leeuwarden aangekomen leek er toch een einde aan de solidariteit te komen. Adema zette als eerste de sprint in en dacht als winnaar over de streep te komen. Doordat het publiek massaal op het ijs kwam wist niemand meer waar de eindstreep was en kwamen ook de anderen in het gedrang van de massa. Adema en Keyzer eisten de winst van de sprint op en Jongert claimde als eerste gestempeld te hebben. Het bestuur riep uiteindelijk de vijf schaatsers uit als winnaars.
Voor de toerrijders werd besloten dat door de barre weersomstandigheden de finish in Wier lag. Wie Wier gehaald had, had ook de Elfstedentocht volbracht. Slechts 5% van alle rijders haalden Leeuwarden.