"Twee keer de tocht volbracht"
Toen de Tocht in 1985 doorging sloeg bij mij de paniek toe, maar gelukkig kon ik de startkaart van mijn vriend overnemen. Mijn schaatsmaat Pip Tesselaar had minder succes. Het dragen van een oranje armband was tegen zwartrijden. Ik stelde voor dit na te maken, door een stuk van de pijp van mijn vaders oranje schaatspak te knippen. Geen denken aan, zei mijn vader. De opluchting was groot toen over de radio het bericht te horen was dat rijders zonder armband niet als zwartrijders mochten worden beschouwd.
Elfstedentocht in kruissteek
Nadat ik in 1986 voor de tweede keer de Tocht had volbracht, borduurde mijn moeder de Friese Elfstedentocht voor mij. Toen zij het aan de wand hing, bleek dat zij er een persoonlijk tintje aan had toegevoegd. 1000-Maal dank hiervoor mam! En dan te bedenken dat mijn moeder dit kunstwerk drie keer heeft geborduurd. Mijn moeder heeft in haar leven veel gebreid en geborduurd. Zo heeft zij voor ons hele gezien een Noorse trui gebreid. In deze trui heb ik leren schaatsen.
Op 31 juli 2024 werd ik 60 jaar. Ik had mijn clubgenoten van de atletiekvereniging Hera uitgenodigd voor een BBQ. Na een mooie speech kreeg ik mijn cadeaus overhandigd. Als eerste opende ik het pakje met daarin een speciaal loopshirt. En het tweede pakje bevatte een heel bijzonder kleinood, namelijk een heel uniek Elfstedenkruisje. Het hangt op een ereplaats in mijn woonkamer, onder het borduursel van mijn moeder.
Evert wacht op mij!
In 1986 besloot ik een spandoek te dragen met een pakkende tekst. Het werd: Evert wacht op mij! 14.733. Onderweg maakten de toeschouwers mij er voortdurend op attent dat Evert al kilometers vóór lag en op helemaal niemand zou wachten. Mijn verbazing was groot toen bleek dat Evert voor de tweede keer deze Tocht had gewonnen. Al dachten veel journalisten dat ik een voorspellende gave bezat.